Hoe je de werkdruk in de zorg verlaagt met slimme algoritmes
Spreekuren lopen over en een groot deel van de tijd gaat op aan het afvinken van verplichte lijstjes. Zorgverleners worden er gek van! Begrijpelijk, maar niet nodig. Met een andere focus en aanpak valt er enorm veel te winnen qua tijd, geld én tevredenheid. Het geheim zit ‘m in het kijken naar risico’s in plaats van ziekten en het slim gebruiken van de eigen data met behulp van algoritmen. In deze blog beschrijven we hoe je op basis van patiëntengroepen met een laag, verhoogd, en hoog risicoprofiel je zorg kunt organiseren. We laten zien dat dit leidt tot: 1) betere uitkomsten voor patiënten, 2) lagere werkdruk en meer werkplezier voor zorgverleners en 3) efficiëntere bedrijfsvoering en kostenverlaging voor bestuurders in de zorg. En het mooie is: het ligt binnen handbereik.
Focus op risico’s en niet op ziekte
De grote valkuil van ons huidige zorgsysteem is de focus op ziekte. Tegenwoordig hebben we namelijk te maken met een groeiende groep mensen met twee of meerdere ziektes tegelijk, die door deze focus qua zorg tussen de wal en het schip dreigt te vallen. Het is veel slimmer om de zorgverlening af te stemmen en in te richten op basis van risico’s en daarbij behorende gezondheidsbehoeften van patiënten. Door unieke subgroepen van patiënten te identificeren, kunnen zorgorganisaties de juiste zorg op maat bieden in plaats van ‘one size fits all’. Zo hebben ze meer invloed op een betere uitkomst voor deze patiëntengroepen. Daarnaast kunnen ze de zorg efficiënter en kosteneffectiever organiseren. Dit betekent dat de traditionele indeling (diabetes, COPD, hartfalen, oncologie, kwetsbare ouderen) van groepen op de achtergrond zal raken. Dit is een nieuwe manier van denken, althans voor Nederland. In andere landen, zoals Amerika, Australië, Nieuw Zeeland en Colombia heeft het zijn effect al bewezen. Best practices daar laten zien dat het realiseren van de juiste zorg op de juiste plek begint met het segmenteren van patiënten op basis van risicostratificatiemodellen.
Hoe werkt risicostratificatie?
Alle zorgverleners moeten data registreren. Huisartsen doen dat in het huisartsinformatiesysteem (HIS) en ziekenhuizen gebruiken een ziekenhuisinformatiesysteem (ZIS). Door op de data in zo’n systeem algoritmen los te laten, kunnen patiënten vrij eenvoudig gecategoriseerd worden op basis van risicoprofielen (zie figuur 1). Sommige mensen hebben moeite met het gebruik van algoritmen vanwege negatieve associaties. Dat is jammer en onterecht, want algoritmen kunnen veel beter patronen opsporen dan een gemiddelde zorgverleneren dat levert je organisatie enorm veel op. Wat precies, dat zullen we proberen uit te leggen aan de hand van drie risicoprofielen die door middel van risicostratificatie kunnen worden gedetecteerd. We zullen de profielen kort schetsen en vervolgens stap-voor-stap aangeven hoe je als zorgverlener/-instelling te werk kunt gaan om je zorgverlening op deze profielen af te stemmen.
Figuur 1: Hoe werkt risicostratificatie
Hoog risicopatiënten
Onder deze groep, die ongeveer 5% van de bevolking uitmaakt, vallen de mensen die om diverse redenen soms meer dan twintig keer per jaar de huisarts en/of een andere zorgverlener bezoeken. De superusers zogezegd. Zoals verwacht zijn in deze groep de kwetsbare ouderen goed vertegenwoordigd. Ook vinden we er de wajongers met ggz-problematiek terug. Maar de groep is heterogener dan we denken. Risicoanalyses laten zien dat ook vrouwen van middelbare leeftijd met een gezin die superusersblijken te zijn. Een groep die niet snel in het oog valt, maar – net als de andere hoog-risicopatiënten – kan zorgen voor het verstoppen van het spreekuur in de dagelijkse praktijk.
-
Stap 1:
Koppel iedere hoog risicopatiënt aan een casemanager. Dit kan zijn een nurse practitioner, een praktijkondersteuner, een wijkverpleegkundige, een huisarts of een specialist ouderengeneeskunde. De casemanager coördineert de zorg voor een patiënt over het gehele continuüm van preventie, zorg en welzijn.
-
Stap 2:
Het is belangrijk dat de casemanager een goede start maakt bij de patiënt. Bijvoorbeeld door een afspraak te maken om kennis te maken en te vertellen over zijn/haar rol.
-
Stap 3:
De casemanager maakt vervolgens samen met de patiënt een individueel zorgplan. Daarvoor is een gestandaardiseerde aanpak voorhanden met vaste sjablonen en documentatiemogelijkheden binnen het elektronische gezondheidsdossier (EPD). Zo’n zorgplan behandelt klinische en niet-klinische problemen. Zelfzorg en patiëntbetrokkenheid maken altijd onderdeel uit van een zorgplan.
-
Stap 4:
Aangezien een hoog risicopatiënt vrijwel altijd te maken heeft met zorginhoudelijke en niet-zorginhoudelijke problematiek, is het belangrijk dat de casemanager een brede sociale kaart tot zijn beschikking heeft en goed kan samenwerken.
Verhoogd risicopatiënten
Tot deze groep rekenen we de mensen met één of meerdere chronische ziekten waarbij stabiele en instabiele perioden afwisselen. Het is goed om bij de risicostratificatie ook rekening te houden met factoren als overgewicht, depressie, hoge bloedruk, hoog cholesterolgehalte, verhoogde bloedsuikerspiegel (pre-diabetisch) en tabaksgebruik.
Het doel van de zorgverlening moet zijn, dat deze mensen niet doorschuiven naar de groep van hoog risicopatiënten.
-
Stap 1:
Coördineer de zorg vanuit een zorggroep of gezondheidscentrum waarin alle relevante disciplines zijn vertegenwoordigd. Buitenlandse modellen zoals Accountable Care Organization, en Patient Centered Medical Home (PCMH) zijn voorbeelden die gebruikmaken van deze methodiek.
-
Stap 2:
Probeer patiënten zoveel mogelijk bij de zorg te betrekken. Dit kan door middel van zelfhulpondersteuning, gedeelde besluitvorming, schriftelijke zorgplannen en patiëntenquêtes. Ook kunnen familie en vrienden als ‘influencers’bij de zorgverlening betrokken worden. Zij kunnen de patiënt stimuleren in de zelfzorg en daarnaast als verlengstuk van het zorgteam fungeren, bijvoorbeeld door het zorgteam te informeren als zich belangrijke veranderingen voordoen.
-
Stap 3:
Plan jaarlijkse preventieve screeningsmomenten voor chronische aandoeningen. Zo zijn hiaten in de zorg snel op te sporen. Hier kan ook een gezondheidscoach voor worden ingezet.
-
Stap 4:
Nodig verhoogd risicopatiënten uit om nieuwe vormen van zorg uit te proberen. Denk bijvoorbeeld aan eHealth-toepassingen, online fora, groepsbijeenkomsten en gezondheidscoaches. Onderzoek wijst uit dat het ook hierbij goed is vrienden en familie te betrekken.
Laag risicopatiënten
Dit is de groep die overblijft: de mensen die gezond of qua gezondheid stabiel zijn. Het doel van de zorg is deze mensen gezond te houden. Dit kan op een goedkopere, efficiëntere en doelmatigere manier dan nu vaak gebeurt.
-
Stap 1:
Ontwikkel een online patiëntenportal voor de eerste communicatie en stimuleer laag risicopatiënten die te gebruiken (figuur 2). Op zo’n portal kan onder andere informatie gezet worden over de meest gangbare aandoeningen en wat in dat geval te doen. Dit stimuleert de zelfzorg. Onderzoek toont aan dat deze manier van werken de betrokkenheid van patiënten met de organisatie vergroot. Dit is interessant, omdat het de efficiëntie van het zorggebruik kan stimuleren. Het aantal spreekuurbezoeken kan zo bijvoorbeeld worden teruggebracht.
-
Stap 2:
Focus op laagrisico-interventies. Zoals hierboven beschreven, is het belangrijk om efficiënt de populatie laag risico patiënten te managen. Ga op zoek naar andere strategieën om deze doelgroep nog beter te bereiken en te voorkomen dat ze een verhoogd gezondheidsrisico krijgen.
-
Stap 3:
Reserveer tijd en capaciteit voor (online) preventie en voorkomen van onverwachte zorgbehoeften. Dit hoeft niet altijd door een arts te zijn, vaak volstaat zorg door een praktijkondersteuner of doktersassistenten ook.
Figuur 2: Online | eHealth Interventies
Wat levert dat dan op?
Onderzoek laat zien dat risicostratificatie dé manier is om waardegedreven zorg (value-based healthcare (VBHC en/of Triple Aim) in de praktijk te brengen en ook daadwerkelijk betere uitkomsten te realiseren. Het vormt de basis om proactief zorg op maat te bieden. Gecoördineerde, persoonsgerichte zorg bespaart de patiënt onnodige behandelingen en dus tijd. Daarnaast kan met een focus op preventie veel ellende worden voorkomen. Dit alles leidt tot hogere patiënttevredenheid en betere gezondheidsuitkomsten. Ook zorgverleners zullen hier de vruchten van plukken. Door de zorg op maat te organiseren rondom risicogroepen, kan kostbare tijd veel efficiënter worden benut. In plaats van voor ieder consult standaard tien minuten in te plannen, maak je een onderscheid tussen de risicogroepen. Laag risicopatiënten geef je minder tijd en hoog risicopatiënten meer, waardoor je deze laatste groep beter kunt helpen en ze waarschijnlijk minder vaak op het spreekuur terugziet. Bovendien kunnen de taken beter worden verdeeld. Niet iedere patiënt hoeft voor ieder probleem een arts te zien. Sterker nog, sommige zaken kunnen ook prima online afgehandeld worden. Dit alles zorgt voor lagere werkdruk, lagere kosten en meer werkplezier. Tot slot stelt risicostratificatie bestuurders in staat gerichtere contractafspraken te maken met zorgverzekeraars. Die afspraken zijn nu nog gebaseerd op volume en prijs, waarbij landelijke cijfers als uitgangspunt dienen. Maar er is geen landelijk gemiddelde. De zorgbehoefte in Amsterdam is compleet anders dan in Oost-Groningen of Zuid-Limburg. Als je dat in kaart brengt, kun je op de regionale situatie afgestemde contracten afsluiten. Dat bevordert de kwaliteit van zorg en bespaart kosten.
Maar wat houdt ons tegen?
Dat is inderdaad de grote vraag, want echt van de grond komen wil het niet. Er wordt nog te veel gepraat en te weinig gedaan. Risicostratificatie is alleen mogelijk als zorgverleners hun data op orde hebben en de juiste data rapporteren. Dat wil zeggen, geen procesindicatoren, maar uitkomstindicatoren, zoals kwaliteit, gezondheid en kosten. Ook is het belangrijk dat datasystemen worden gekoppeld. En roep dan niet dat dat niet kan vanwege privacy redenen. Dat is een drogreden. Je kunt datasets prima koppelen én de privacywetgeving naleven. Techniek en wetgeving vormen dus niet het struikelblok, het is de heersende cultuur. Het lijkt wel of we een soort angst hebben voor het onbekende. We moeten daar echt overheen durven stappen. We hebben als zorgverleners namelijk wél invloed op die volle wachtkamer. We kunnen wél betere contracten uitonderhandelen. Laten we nou eens proberen dat proactief aan te pakken. In plaats van wachten tot de overheid of de zorgverzekeraars actie ondernemen als de situatie onhoudbaar wordt, zelf het heft in handen nemen en met risicostratificatie aan de slag gaan. Daarmee komen we op voor onszelf én voor de patiënt.
Meer weten?
Meer weten hoe je slimme algoritmes inzet in de praktijk? En wat er nog meer nodig is om datamanagement & risicostratificatie tot een succes te maken? Download ons e-Boek Zorgnetwerken die werken.
Deel dit artikel met je netwerk!

Zorgnetwerken die werken: de sleutel tot betere uitkomsten
Netwerkzorg wordt gezien als de oplossing om de toegankelijkheid, kwaliteit, patiënttevredenheid en efficiëntie van zorg te verbeteren. Netwerkzorg is dus geen doel op zich, maar een middel om waardegedreven zorg, ook wel bekend als value-based healthcare of triple aim, te realiseren. In dit e-boek lees je wat een zorgnetwerk is en brengen we de barrières en oplossingsrichting voor de praktijk in kaart. Op basis van het Regenboogmodel en (inter)nationale best practices.